Inspiratie: Participatie de oplossing bij weerstand?
Als er bij een plan of initiatief van de gemeente weerstand bij inwoners ontstaat, wordt er al snel geroepen dat participatie een goed idee is. Met de hoop daarmee de weerstand weg te kunnen nemen. Bijvoorbeeld bij het kappen van bomen, bij het bepalen van locaties voor windmolens of het herzien van het parkeerbeleid. Bij SIR communicatie & participatie komen we dat startpunt vaak tegen. Participatie kan een oplossing zijn bij weerstand, maar we zien on onze dagelijkse praktijk ook het risico om in twee valkuilen te stappen die we bij de participatietrajecten die we doen vaak tegenkomen.
Valkuil 1: Je opdrachtgever is niet (mede)verantwoordelijk
De eerste valkuil is het niet tijdig aanhaken van besluitvormers. Dat had je natuurlijk al moeten doen voordat de weerstand ontstond. Bij de start van een project of beleidsvraagstuk maak je de inschatting wat de impact op de omgeving is. Als die groot is, adviseren wij om het participatieplan door je opdrachtgever goed te laten keuren. We maken daarom onze participatieplannen in co-creatie met de betrokken medewerkers en stakeholders en presenteren de uitkomsten aan bijvoorbeeld de wethouder. Dat voorkomt dat je bij weerstand opnieuw participatie moet inzetten.
Valkuil 2: Participatie als doel op zich
De tweede valkuil is dat participatie het doel op zich is. We kwamen dit onlangs tegen bij een gemeente die plannen had voor het huisvesten van kwetsbare mensen in een woonwijk. Veel gemeentes zoeken een herbestemming van maatschappelijk vastgoed dat zijn functie verloren heeft, zoals buurthuizen, kerken, scholen en zwembaden. Die kans wordt aangegrepen voor nieuwe maatschappelijke functies of bijvoorbeeld het huisvesten van mensen met een rugzakje die extra begeleiding en aandacht nodig hebben. Dat past vaak goed in de beleidsvisies voor wonen en zorg. De meeste inwoners zijn het daar wel mee eens, tot het moment dat het in hun eigen achtertuin is. Dan wordt het ineens een ander verhaal en kan er weerstand ontstaan. NIMBY: Not in my backyard.
Meeste stemmen gelden?
Op zo’n moment roept bijvoorbeeld een wethouder of raadslid dat er een bewonersavond georganiseerd moet worden, waarbij de woorden participatie en draagvlak in dezelfde zin worden genoemd. Maar is het bekend hoe dat draagvlak eruit ziet, wie je uitnodigt en welke ruimte er is om mee te denken? Is een bewonersavond dan het juiste instrument? In dit voorbeeld bepaalden een aantal mondige inwoners de sfeer en stemming van de bijeenkomst en kwamen andere inwoners niet aan het woord. Na afloop was het voor niemand duidelijk hoe het verder ging en wie er welke besluiten genomen had. Werd het meeste stemmen gelden of had de gemeente allang besloten hoe het zou gaan? De bewonersavond was als doel was ingezet, zonder dat van tevoren goed over de consequenties was nagedacht.
Werken in co-creatie
Wij adviseren vanuit onze rol dat gemeentes voordat ze aan participatietrajecten beginnen duidelijke keuzes maken, zodat de ambtelijke organisatie ook weet waar ze precies mee aan de slag gaan en wat daarvoor de kaders zijn. Het proces en de stappen die binnen het traject genomen moeten worden zijn dan duidelijk en kunnen stuk voor stuk worden afgevinkt. Daarnaast moeten de besluitvormers tijdig worden aangehaakt. Wie gaat de uiteindelijke beslissing nemen: de wethouder, het college, de raad of programmamanager, de inwoner? Het hele proces wordt vooraf vastgelegd in een participatieplan dat voor aanvang van het traject met alle betrokkenen is afgestemd. Participatie is geen oplossing voor weerstand. Een helder participatieplan maakt de kans op teleurstelling achteraf wel een stuk kleiner.
Hulp nodig?
Voor participatie gebruiken we de methodiek van het Relevant Gesprek®. SIR is gecertificeerd partner. We helpen graag met het maken van een participatieplan, bijvoorbeeld met een Fasterclass Participatie. Of we helpen je het participatietraject samen uit te voeren, als coach of als projectmanager. Of nog leuker misschien: je leert het zelf, alleen of met je team. Check dan de trainingen.